Wanneer we vanuit Sopron in het Pannonia naar het zuiden afzakken, komen we uit bij het Balaton meer in het zuidwesten van het land. Hier vinden we vele kleinere appellaties. De Balaton appellaties brengen wijn voort die mooi en complex zijn maar hebben veel verschillen, vooral stilistisch. Maar de verschillen in kwaliteit worden kleiner. Tot het millenium produceerden vooral de noordelijk gelegen appellaties grote (witte) wijnen. Terwijl de zuidelijk gelegen regio’s minder stabiel leken te zijn. Wijn wordt hier verbouwd sinds de 1e eeuw na Christus en was geïntroduceerd door de Romeinen. En staat tegenwoordig vooral bekend voor haar witte wijnen van lokale druivensoorten. Waarbij Olaszrizling het meest staat aangeplant. Volgens de wijn wetgeving kan men 33.000ha aanplanten (waarvan 22.500 1e klas), echter er staat op het moment slechts 10.500ha aangeplant.
Balaton is mogelijk de meest complexe appellatie van Hongarije. Ondanks de gemeenschappelijke kenmerken blijft iedere regio haar eigen profiel behouden. Het meer heeft vanzelfsprekend een belangrijke invloed. Het reflecteert het zonlicht de wijngaarden in, matigt zowel de extreme hitte in de zomer, als de strenge winters en creëert de juiste vochtigheid. De Bakony heuvels ten noorden van het meer beschermen de wijngaarden tegen de koude invloed. En in het zuiden liggen de Zala en Somogy heuvels. Het klimaat is over het algemeen gematigd continentaal.
Balatonfüred-Csopak
In de noordoost hoek van het Balaton meer ligt Balatonfüred-Csopak. Het feit dat de naam refereert aan het meer, geeft al aan wat haar belang is op de subregio. Deze appellatie heeft het allemaal, van lichte zomerwijnen tot complexe ronde wijnen, deels gebaseerd op de zo kenmerkende roodachtige bodem rondom Csopak.
Balatonfüred ook wel Füred genaamd, ontstond aan het begin van de 19e eeuw als resort. Sindsdien is het wijngaardareaal gekrompen als gevolg de recreanten. Csopak is een historische plaats en werd reeds bewoond voor de Bronstijd. Vondsten suggereren dat de wijnbereiding hier sinds de 2e eeuw plaats vond terwijl de vroegste (kerkelijke) vermelding dateert uit 1082. In 1211 kwamen de wijngaarden in eigendom van de Abdij van Tihany en dit bleef zo enkele eeuwen. Vanzelfsprekend had ook hier de Turkse overheersing haar sporen nagelaten. De volgende hausse kwam in de 18e eeuw. Pas in 1959 maakt Balatonfüred-Csopak zich los van Badacsony en vestigde haar eigen appellatie.
Bodemgesteldheid
De bodem is gevarieerd, veelal kalkhoudend met leisteen, Perm rode zandsteen, kwartaire löss. De karakteristieke uitgesproken zuurgraad van de Csopak- en Balatonfüred-wijnen weerspiegelt het effect van deze kalkhoudende bodem. Het totale wijngaardoppervlak van het wijndistrict is 6.340 hectare, waarvan 5.792 1e klas. Het werkelijke wijnbouwareaal is momenteel 2.143 hectare, waarvan er momenteel 1.694 productief zijn.
Hoewel in de 19e eeuw hier vooral blauwe druiven waren aangeplant, overheerst nu vooral de witte. Vooral Olaszrizling (maar liefst 616ha aangeplant!), Chardonnay en Müller Thurgau. Olaszrizling uit Csopak is een volle wijn met een frisse groenachtig witte tot groenachtig gele glans en discrete aroma’s. Zowel geur en smaak doet denken aan bittere amandelen. De wijn kent een subtiel zuur met een ronde body dankzij de rijping. Indien het kan, produceert men ook late oogst wijn met ingedroogde bessen. Deze samorodni kan een zeldzame kwaliteit bereiken, heerlijk als aperitief. Het verschil tussen wijnen uit Csopak en Balatonfüred kan vooral gevonden worden in het feit dat Balantonfüred zachter zijn terwijl de eerstgenoemde meer elegant en complex zijn met heldere zuurgraad.
Badacsony
Ten westen van Balatonfüred vinden we Badacsony. De wijnbouwgeschiedenis gaat hier terug naar de Romeinse tijd, aangezien één van de militaire routes langs de voet van de berg Badacsony liep. Deze staat nog steeds bekend als de Romai Utca. Zoals in zoveel wijngebieden, floreerde ook hier de wijn industrie in de Middeleeuwen onder invloed van de kerk. Maar ook was de familie Atyusz zeer invloedrijk. Deze familie bouwde bijvoorbeeld het Almád-klooster in de buurt van Monostorapáti en het Szigliget-kasteel en leverde wijn aan het koninklijk hof. In de 18e en 19e eeuw verwierf de regio dezelfde status als Tokaj Aszú. Terwijl ook de phylloxera plaag hier haar sporen achterliet.
Het macroklimaat is mild en relatief vochtig door het nabijgelegen Balaton meer. De wijngaarden liggen op de vulkanisch hellingen van de berg Basacsony. De deklaag bestaat voroal uit klei en löss. De wijnstokken, gelegen op de zuidelijke hellingen, profiteren optimaal van de licht weerkaatsing van het meer maar ook dat het meer de warmte vasthoudt. En tevens zijn ze beschermd tegen de koude noordenwind. Door deze drie factoren ontstaat er een bijzonder microklimaat.
Wijngaard beheer
Volgens het kadaster is 4.300ha geschikt voor wijnbouw, merendeel 1e klasse wijngaarden. Echter slechts 1.400ha staat aangeplant terwijl slechts 1.150ha echt onder productie is. Hoewel hier een breed scala aan blauwe en witte druivensoorten aanwezig zijn, is de regio het laatste bolwerk van de witte druif Kéknyelü. Hoewel deze is gereduceerd door de strenge vorst in de jaren ’80, vindt er nu een kleine renaissance plaats. Maar er staat slechts 46ha aangeplant. Deze druivensoort vergt meer zorg en aandacht maar resulteert in zeer hoogwaardige wijnen. Doordat ze alleen maar vrouwelijk bloemen heeft is er een andere druif nodig voor de bestuiving, dat is meestal de Budai Zöld. Door het intensieve werk in de wijngaard werd ze door de plaatselijke wijnboeren “de druif van de heren” genoemd. Omdat ze vonden dat alleen rijke heren zich konden veroorloven om deze druif te telen wegens het vele werk en de lage opbrengst.
Een andere soort is de Szürkebárat (grijze monnik). Dit is een versie van de Pinot Gris die volgens een legende door Franse monniken in de 14e eeuw naar Hongarije is gebracht. Wanneer deze staat aangeplant op een warmere locatie, levert het vettige rijke wijnen op. Een andere zeldzame druif is Juhfark (ook bekend als Somló vernoemd naar de Somló heuvel waar de druif vandaan komt). Desondanks is ook hier Olaszrizling wat de klok slaat.
De Kéknyelü levert wijnen op die jong vooral aroma’s van perzik, citrus, groene kruiden met minerale en florale toetsen hebben. Hierdoor is het een heerlijke borrelwijn. Wanneer de wijn rijpt, ontplooien zich rijke aroma’s van rook, nootjes en honing. Het is een zeer gastronomische wijn. En doet het bijzonder goed bij groenten zoals venkel en selder of bij gevogelte, varkensvlees en vis.
Balaton-Felvidék
Badacsony wordt volledig ingekapseld door Balaton-Felvidék en kent slechts 850ha aan wijngaard areaal. Wijnstokken staan geplant op hellingen van kalkstenen valleien ten noorden van het meer. Een verscheidenheid aan bovengronden ligt over calciumrijke rendzina op dolomiet. De regio is gericht op aromatische witte wijn van vooral Olaszrizling, Szürkebarát en Chardonany. Ook vinden we enkele plukjes blauwe druiven van Pinot Noir, Cabernet Sauvignon en Kékfrankos.
De Kelten produceerden al wijn in deze regio, maar de wijnbouw won echt terrein in de Romeinse tijd en is sindsdien voortdurend nagestreefd. De Hongaarse wijnproductie kan ook ongeveer 1000 jaar terug worden getraceerd, omdat deze regio sinds de middeleeuwen een belangrijk wijnproducerend gebied is geweest. Veel van de wijn die tijdens het Árpád-tijdperk aan het koninklijk hof werd geleverd, kwam hier vandaan. De kloosters Almás en Salföld, die ooit aan de rand van het Kál-bekken stonden, produceerden ook wijn voor de verkoop en voor eigen gebruik.
Sub appellaties
De gebieden die deel uitmaken van de huidige wijndistricten Badacsony, Balatonfüred-Csopak en Balaton Felvidék maakten in de vorige eeuw deel uit van het wijngebied Balatonmelléke. Het eens verenigde wijnproducerende gebied werd omgedoopt tot het Badacsony-wijndistrict op basis van de Wine Regions Act van 1893, die leidde tot de opsplitsing. Sindsdien werd het westelijke Balaton Felvidék gebied in de vroege jaren 1990 in het leven geroepen. Deze naam werd pas in 1999 in de wet vastgelegd en lijkt nu eindelijk permanent te zijn. Het totale productieareaal is 5.200ha echter slechts 640ha staat werkelijk aangeplant.
Er zijn drie subregio’s te vinden; Kali regio met haar basalt en tufsteen, Balatonederics en het Cserzseg met een bodem van dolomiet en mergel. Het zal inmiddels niet verrassen maar ook hier is Olaszrizling dominant. De wijn kent mooie minerale tonen met een aanzienlijke zuurgraad en gemiddeld alcohol percentage. Het zijn langlevende wijnen met een zeer lange afdronk. Door de combinatie van het zuurgehalte en alcohol, zijn de wijnen uitermate geschikt voor houtrijping.
Nagy-Somló
De heuvel van Somló is een vergeten gebied, erg jammer omdat de wijnen uitermate goed zijn. Het zijn wijnen met een onberispelijke structuur, met lange rijping en karakteristiek zout karakter. De regio omvat de heuvels van Ság, Kis-Somló en Somló zelf. Volgens het kadaster opgave kan productie plaatsvinden op 1.150ha. Echter minder dan 430ha staat aangeplant. Het klimaat wordt beïnvloed door de heuvel en de nabijgelegen Marcal rivier. Een lange zonnige herfst volgt op de gematigde hete zomer. Een van de geheime wapens van de heuvel is het zwarte basaltgesteente dat de hitte van de dag vasthoudt en het terugstraalt als een kachel, waardoor de wijnstokken warm blijven op koudere dagen. De luchtvochtigheid is ook laag dankzij de constante bries, zodat veel telers biologisch kunnen werken. Er zijn inderdaad plannen om de appellatie volledig biologisch te laten verlopen.
Bourgogne in Hongarije
De vergelijking met Corton in de Bourgogne wordt gemaakt, vanwege het vuurstenen karakter op de Somló heuvel, vandaar dat dit een aparte subregio is – de Somló BOB. Zowel Corton als Somló liggen op een hoogte variërend tussen 150 en 300m. En beiden hebben een diameter van driekwart mijl. Tevens delen ze de breedte graad; 47.04 noorderbreedte voor Corton en 47.08 noorderbreedte voor Somló. Echter de geologie is zeer verschillend. Somló is een uitgedoofde vulkaan met basaltrijke en zandbodems, terwijl de wijnstokken van Corton groeien in kalkhoudende klei. Geologisch gezien heeft Somló meer gemeen met de vulkanische regio’s van Rangen in het zuiden van de Elzas, of etna op Sicilië.
Er zijn kleine verschillen tussen de bodems aan elke kant: het oosten is bedekt met meer door de wind geblazen löss, waardoor lichtere wijnen worden opgeleverd. Terwijl het zuiden en westen meer klassieke, donkere, warmtevasthoudende bodems hebben die zeer rijpe druiven opleveren. Het westen is steniger, waardoor de wijnen meer mineraliteit hebben. Somló wordt gedomineerd door witte variëteiten met slechts ongeveer zeven hectare rode druiven. De Somlói is een blend van Juhfark, Olaszrizling and Furmint. Maar nu brengt de regio toch vooral single variety wijnen voort.
Somlói Harslevelü
De wijngaarden van Fekete liggen op de zuidelijke helling van Somló van een oude formatie met vulkanisch gesteente. De wijngaard staat voor een kleine 40% aangeplant met Harslevelü. Deze druif brengt een zeer uitgesproken wijn voort. De druiven zijn hand geplukt en gisting vindt spontaan plaats in 1000lt vaten van Hongaars eikenhout. Waarna de wijn ook nog enkele maanden rijpt in zowel deze Hongaarse eikenvaten als in RVS tanks.
Het resultaat is verbluffend. Het toont de karakteristieke eigenschappen van de druif met haar florale karakter en honingachtige aroma’s. De kruidigheid en het aangename minerale karakter maken de wijn compleet. De wijn heeft een geweldige structuur met gelijktijdige zachtheid en eigenaardige lichtheid. Deze wijn uit Balaton is levend, mooi, delicaat, zeer complex en stilistisch. Deze wijn is heerlijk bij vis, gerijpte kazen of salades.
Zala
Ooit waren de wijnen uit Zala net zo beroemd als Balaton Felvidék. Het is echter een koeler klimaat door de nabijgelegen Oostenrijkse Alpen, waardoor de zuurgraad stijgt, maar heeft tevens rijkere aroma’s. De wijngaarden zijn wijdverspreid en klein van omvang waardoor de wijnen genuanceerd, rijk en delicaat zijn. Ook hier zijn er drie subzones, Csáfordi, Szentgyörgyvári en Mura-rural. De totale oppervlakte bedraagt 6079 ha, waarvan 4107 ha eersteklas. Ongeveer een derde van het beschikbare areaal, 639 ha, is beplant met wijnstokken. De bodemgesteldheid is vooral bruine bosgrond en lössleem. Ook hier is het een witte wijngebied, waarbij Olaszrizling de belangrijkste aanplant geniet. Maar ook Riesling, Müller Thurgau, Grüner Veltliner en Chardonnay staan veel aangeplant. Na de phylloxeraplaag leek de wijnbouwcultuur te verdwijnen en vervangen door een meer commerciële aanpak.
Balaton-Boglár
Zuidelijk van het Balaton meer vinden we Balaton-Boglár. Dit wordt ook wel het Zuide-Balaton wijngebied genoemd, is het enige wijngebied in de provincie Somogy. Ongeveer tweederde van het gebied is wit, de rest is blauw. Ook is dit de regio waar mousserende wijn vandaan komt. Van de totale oppervlakte van maar liefst 10.000ha is 8.150ha aangemerkt als eerste klasse. Echter slechts 3.150ha staat aangeplant en dat terwijl er 2.800 boeren werkzaam zijn.
De geschiedenis van Balaton-Boglár is mogelijk de dunste van de regio’s hier. Vroege verslagen maken melding dat er weinig onderscheid was tussen de de noordelijke en zuidelijke regio’s van het Balanton meer. De regio produceert ook een reeks rijpe, fruitige rode wijnen, meestal van Gamay, Pinot Noir, Merlot en Syrah druiven. Droge witte wijnen uit Balatonboglar zijn waarschijnlijk gebaseerd op Riesling, Sauvignon Blanc, Pinot Gris en Muscat Blanc, die ook populair zijn aan de westkant van het meer.