In dit tweede deel wil ik het graag hebben over de Italiaanse primitivo en de Amerikaanse zinfandel.
De primitivo is een druif die een volle wijn kan maken, afkomstig uit het zuid Italiaanse Puglia. De wijn kenmerkt zich door de donkere (intense) kleur, sappig van rijp gestoofd zwart fruit en kruidigheid. Doordat de druif veel suiker aanmaakt heeft de wijn vaak een hoog alcohol percentage.
De zinfandel daarentegen groeit in California, USA en wordt vaak liefkozend “Zin” genoemd. Ongeveer 10% van de Californische wijnareaal bestaat uit zinfandel. Zinfandel wordt vooral gebruikt om licht zoete witte wijn maar ook rosé te maken (blush-stijl; licht in alcohol waardoor jongeren deze ook mogen drinken). Echter sinds de jaren 90 van de vorige eeuw worden in de Amerikaanse AVA’s zoals Napa Valley en Sonoma County volle rode wijn gemaakt, veelal van oude wijn stokken. Deze wijn wordt gekenmerkt door de smaak van blauwe bessen, cassis, en rijpe pruim. Maar ook kruidigheid in de vorm van peper en soms zelfs drop worden bespeurd. Indien de wijn houtrijping heeft gehad, zijn tonen van karamel en vanille merkbaar. Daarnaast kan de afdronk rokerig zijn.
Maar wat hebben deze twee, zo op het wijn makend oog, gemeen? Nou het blijkt dezelfde druif te zijn! Hoe de primitivo in Amerika is beland is onbekend. De oorsprong van de primitivo/zinfandel ligt in Kroatië, waar dezelfde druif crijenak kastelanski heet (of de oude naam tribidag welke reeds in 15e eeuw voorkomt). Er zijn inmiddels subtiele genetische verschillen ontstaan aangezien de drie druiven zo lang gescheiden zijn.